Griene kuier: Mausoleum
Foto: MaJaTa
Folkert Harmen Kuipers, alias Frank Harmon Cooper, de stichter van Coopersburg in Akkrum, overleed op 31 december 1904 in New York. De stoffelijke resten van hem en van zijn eerste vrouw , de Zeeuwse Antonetta Gerrardina de Graaff, werden in februari 1907 bijgezet in tombes in het mausoleum bij Coopersburg in Akkrum. Dit mausoleum werd in opdracht van hun kinderen ontworpen en gebouwd door de beeldhouwer Johan Schröder.
Vrouwenfiguren
Aan weerszijden van de deur zien we een vrouwenfiguur gekleed in klassieke kledij en een sluier over het haar. De sluier symboliseert rouw. Schröder wilde met de vrouwenfiguren hulde en waardering uitbeelden. Het rechter beeld houdt een krans van eikenbladeren in de linkerhand. De krans is een christelijke verwijzing, en symboliseert de overwinning op de dood. Het linker beeld houdt met haar rechterarm een palmtak vast terwijl ze haar linkerhand voor haar hart houdt, ten teken van verdriet. De palmtak is ook weer een christelijk symbool dat de overwinning op de dood symboliseert.
Rondboog
De rondboog boven de deur is gedecoreerd met acanthusbladeren, met aan de voorzijde rozetten die tussen de acanthusbladeren uitkomen. Acanthus (ook berenklauw genaamd) is een veelgebruikt ornament in de bouwkunst. De funeraire betekenis van acanthusblad hangt samen met de stekelige bladen, symbool voor de beproevingen van leven en dood die de begravene glansrijk heeft overwonnen. De rozetten zijn feitelijk bloemen die hier kunnen staan voor levensvreugde, maar ook voor vergankelijkheid. Bloemen zijn over het algemeen een verwijzing naar de ziel.
Immortellenkransen
In de hoekpilasters zijn aan weerszijden ter hoogte van de bovenzijde van de deur immortellenkransen (onsterfelijkheidskransen) opgenomen, hangend aan een lint met strik en tegen een draperie. Immortellen, ook wel strobloemen genaamd, zijn bloemen die in gedroogde toestand hun sierwaarde behouden en daarom al eeuwen gebruikt worden in bloemstukken. De bloemen staan vanwege hun uiterlijk voor onsterfelijkheid en de krans staat ook hier weer voor de overwinning. De draperie kan opgevat worden als het afdekken van de dood. Aan de rechterzijde van de gevel, direct naast de krans heeft de architect zijn signatuur achtergelaten.
Palmtak
De decoratieve rand loopt rond het hele gebouw. De hoekpenant wordt boven de band voortgezet met daarop een uitbeelding van wat lijkt op een palmtak, maar wel anders dan die in de hand van het linker beeld naast de deur. Deze palmtak kent geknakte bladeren, wellicht een verwijzing naar het vroege overlijden van Cooper.
Kinderfiguren
De hoekpenanten aan de voorzijde worden bekroond met mollige kinderfiguren, zogeheten putti. De putti staan op een basement waarin weer acanthusbladeren zijn verwerkt. Een putto is bijna altijd mannelijk en meestal naakt en door de attributen meestal met een specifieke betekenis. Het linker beeldje houdt een fakkel omhoog en kijkt op. Dit wijst op (hernieuwd) leven en wederopstanding, maar ook weer op overwinning. Het rechterbeeldje houdt een naar beneden gerichte fakkel vast en slaat de linkerhand voor het gezicht. Dit wijst op het gedoofde leven en is tevens een attribuut van de dood. Schröder gaf de vier putti op de hoeken van het mausoleum de symbolische betekenis van leven, dood, vrede en liefde mee.
Genius
Onder een topgevel is een een jongen met vleugels uitgebeeld. Schröder noemde dit een genius, een beschermengel, hoewel die meestal uitgebeeld wordt als schone jongeling en niet als een kinderfiguur. Het heeft echter het uiterlijk van een cupido. Cupido is als liefdesgod verantwoordelijk voor het bijeenbrengen van geliefden en staat ook in het algemeen voor liefde.
Medaillons
De medaillons spreken voor zich. Links zien we Antoinetta en rechts Frank Cooper. De medaillons zijn geplaatst op bloemen en palmtakken. Onder het linker medaillon zijn rozen opgenomen, wat staat voor liefde en vergankelijkheid. Onder het rechter medaillon is eikenloof opgenomen. De topgevel is aan de bovenzijde voorzien van muizentanden met decoratieve boogaanzetten die eindigen in een gestileerde lelie.
Drie-eenheid
De topgevel wordt bekroond door een sierelement waarbij acanthusbladeren een drietal bloemen ophouden. Het getal drie is in de christelijke bouwkunst doorgaans een verwijzing naar de goddelijk Drie-eenheid. Hoewel minder opvallend, laten verschillende symbolen op het gebouw christelijke verwijzingen zien naar een leven na de dood.
Alle mensen zijn mijn broeders
Bovenin de granieten tekstplaat in de rechtergevel is een zon afgebeeld. Het lijkt alsof de zon zijn licht over de wereld werpt. Hier zal het meer de betekenis hebben van de verlichte mens, passend bij de tekst die eronder staat:
“IN NAAM DER HUMANITEIT: ALLE MINSKEN BINN’ MYN BROERREN!
‘T GROOTSTE GELUK IN DEZE WERELD IS WEGGELEGD VOOR HEN DIE ANDEREN
TRACHTEN GELUKKIG TE MAKEN.
WOORDEN VAN DEN STICHTER BIJ DE OPENING VAN COOPERSBURG.”
De teksten met de zon erboven kunnen gezien worden als verwijzing naar de vrijmetselarij, waar Cooper bij aangesloten was. Cooper wees ook een lid van de vrijmetselaarsloge “Friesche Trouw” uit Leeuwarden aan als een van de regenten voor zijn stichting.
Vogelnest
De putto op de rechter hoekpenant kijkt naar beneden, met beide handen voor het lichaam om in de linkerhand een nestje met drie vogels vast te houden en met de rechterhand lijkt het iets te voeren aan een van de vogels. Dit is een zeer ongebruikelijke voorstelling, meer allegorisch van aard dan symbolisch. Vogels hebben een positieve betekenis en wellicht staan zij hier voor de aard van Cooper zelf: het helpen en voeden van de hulpeloze, zoals hij dat deed met Coopersburg in Akkrum. Schröder duidde het beeld als liefde.
Eeuwigheidsformules
De granieten tekstplaat aan de linker zijgevel heeft bovenin dezelfde verlichtende zon als op de andere tekstplaat. De tekst hier luidt:
“GEZEGEND BLIJVE BEIDER AANDENKEN / EN GEZEGEND DE STICHTING COOPERSBURG. / SA LANG DE WYN WAEIT, / DE HOANNE KRAEIT, / IT GÊRS GROEIT / EN DE BEAM BLOEIT.”
De laatste vier zinnen (Zo lang de wind waait, de haan kraait, het gras groeit en de boom bloeit) zijn Oudfriese eeuwigheidsformules, die al in de Middeleeuwen werden gebruikt om aan te geven dat een contract of een afspraak eeuwig geldig zou zijn. Met deze Friese teksten wilde Cooper mogelijk een link leggen met zijn afkomst en zijn trots op Fryslân.
Nederigheid en bescheidenheid
De putto op de linker hoekpenant lijkt de ogen gesloten te hebben en heeft het gezicht naar beneden gewend, een hand op het hart en in de andere een tweetal bloemen. De betekenis van bloemen kan verschillen. Het lijkt hier dat de bloemen van een viooltje zijn uitgebeeld (vijf blaadjes), een symbool van nederigheid en bescheidenheid.
Urn met draperie
Op het dak staat een gesluierde urn. Hoewel lijkverbranding in de negentiende en vroeg-twintigste eeuw in het geheel niet mogelijk was, werden urnen als symbool uit de klassieke oudheid veel gebruikt als verwijzing naar de dood en rouw. Die rouw wordt hier tot uitdrukking gebracht met de sluier of draperie, die het leven afdekt of bedekt. Het gebruik van de urn is naast de fakkels een van de weinig typisch funeraire symbolen op het mausoleum.
Tombes
In het mausoleum bevindt zich een klassiek vormgegeven tombe, waarin ruimte is voor twee kisten. De tombe heeft een marmeren buitenkant, met een kern van beton. Marmer heeft een luxueuze uitstraling en kon alleen door de rijken betaald worden. De luxe uitstraling wordt versterkt door de in goudkleur uitgevoerde belettering op de voorzijde, waarop de volgende tekst is opgenomen:
“HIER RUSTEN: / FOLKERT HARMENS KUIPERS WILLEMZOON. / ZICH LATER NOEMENDE FRANK H. COOPER. / GEB. AKKRUM 23 OCT. 1843. OVERL. NEW-YORK 31 DEC. 1904 /
EN ZIJNE VROUW ANTOINETTA GERARDINA DE GRAAFF. / GEB. MIDDELBURG 8 NOV. 1846. OVERL. TOLEDO. OHIO 31 DEC. 1878.”
Kisten pasten niet
Het verhaal ging dat de kisten ingekort zouden zijn, omdat ze anders niet in de tombe pasten. Bij de restauratie in 2021 zijn de tombes geopend, en toen is meer duidelijk geworden over dat verhaal. De kisten waren inderdaad te lang. De kist van Antoinetta paste nadat er aan de korte zijde een handvat was afgehaald. De in tin gehulde kist van Folkert was nog een stukje langer, maar ook die is niet ingekort. Nadat er een stukje uit de achterste muur was gehakt, paste ook de kist van Folkert, al was het milimeterwerk.
Verkeerde sterfdatum
In het historisch tijdschrift Fryslân vindt u een artikel over het mausoleum, waaruit o.a. blijkt dat er een verkeerde sterfdatum op de tombe Coopers vrouw staat. Haar voornamen zijn ook niet correct gespeld. Volgens haar geboorteakte heette ze Antonneta Gerrardina de Graaff.
Tombes geopend
Bronnen en verder lezen:
https://www.monumentenstichting.nl/
https://www.dodenakkers.nl/naslag/symboliek.html
https://www.joostdevree.nl/index.shtml
Met dank aan Leon Bok, Bureau funeraire adviezen en René ten Dam, Stichting Dodenakkers.